22 okt Grafrede Omer De Witte

OMER
Wie aan Omer denkt kan niet anders dan meteen aan zijn twinkelende ogen denken.
Maar evengoed aan zijn fiere houding, soms ietwat strenge frons en typische handgebaar om een punt kracht bij te zetten. En wie herinnert zich niet het bijna driftige op- en afzetten van zijn bril wanneer hij iets ging zeggen.
Omer was… Omer is voor mij een man van ijzersterke principes maar ook van zachte generositeit. Een vurige Antwerpse gentleman die nog liever zijn tong afbeet dan iemand met ‘jij’ ipv ‘u’ aan te spreken.
Ik heb hem leren kennen toen ik in 2007 in de partij en het parlement kwam. Voor niemand hier in Antwerpen evident. Maar wel voor Omer.
Hij nam me bescheiden onder zijn vleugels en liet me vanuit Linkeroever in de partij groeien.
Met weinig woorden, steeds weloverwogen, en veel wijsheid en ook mildheid was hij voor mij, en allicht velen onder ons, een soort grootvader. Bij Omer ben je veilig. Wat in de politieke uiterst zeldzaam is.
En ik moet bekennen Josy, lieve Josy, dat ik steeds met stiekeme ontroering naar jullie keek. ‘Zo wil ik ook oud worden’, heb ik -tig keer gedacht. En lichtjes geamuseerd has ik steeds wanneer jij één en al vuur en flair iets kwam vertellen of je onversneden mening gaf met een kwinkslag, en ik Omer dan zijn best zag doen om alles in de standaards van zijn temperende wijsheid probeerde bij te schaven.
Nochtans was het vuur Omer niet vreemd.
Hoe vaak stond hij niet tussen ons recht, bijna met gebalde vuist, om ons om de oren te slagen met het Manifest van Oxford. Hoe vaak spoorde hij ons niet aan om de wortels van onze overtuiging te koesteren…
Op die manier zal Omer voor mij voor altijd de hoeder van ons ideaal zijn. (En ja Omer, ik heb het manifest gisteren nog eens herlezen en je hebt gelijk!)
Ik hoop dat zijn herinnering vele generaties zal voortleven, want hoewel hij een man was van niet heel veel woorden, voelde je steeds de grenzeloze hartelijkheid en heeft hij veel meer betekend voor de partij, maar vooral zovele mensen in de partij, dan dat zijn digitale spoor doet vermoeden.
Je hem nauwelijks op Google en helemaal niet op Facebook, maar wel in de harten van de mensen. En daarom was hij, zelfs in moeilijke tijden wanneer de partij daverde op haar grondvesten een kompas. Al zag je dat hij steeds begaan was, er ging een vertrouwdheid van hem uit die zeldzaam is.
Omer, U bent voor velen de grootvader die we niet meer hebben, of eentje extra. Het leek alsof u het eeuwige leven had. Dat is natuurlijk niet, maar toch… de herinneringen die u nalaat, de sporen die u hebt getrokken, het vuur dat u in ons hebt aangelaaid,… uw stand vastheid en mildheid, De Antwerpse stamliberaal die u bent, die leeft in ons allen voort.
Terwijl Omer haast vervlogen Gentlemanship cultiveerde, steeds een tikje formeel, of voornaam, en een gestreken zakdoek bij de hand, tezelfdertijd leerde hij me alles over ‘dynamische mobiliteitsmanagementsystemen’ en andere moderne toepassingen voor de stad.
Omer, ik moet bekennen dat ik een beetje spijt heb dat er niet meer tijd is.
Het liefst van al zou ik nog eens de geborgenheid van onze gesprekken opzoeken.
We kunnen er alleen maar een voorbeeld aan nemen.
Het is een enorme eer u gekend te hebben en dragen u in onze harten mee.
Uitgesproken op de begrafenis van Omer De Witte op 10 oktober 2020 te Antwerpen Linkeroever.