11 mrt Open Vld niet opgezet met uitspraken Michaël Freilich over Kazerne Dossin
Vlaams fractieleider voor Open Vld Willem-Frederik Schiltz reageert ontstemd op de uitspraken van Kamerlid Michäel Freilich (N-VA). Hij stelt vandaag in De Ochtend op Radio 1 dat het vertrek van de halve wetenschappelijke raad van Kazerne Dossin in Mechelen een goede zaak is. De Vlaamse liberale fractie is hier niet mee opgezet: “We hebben het wel over mensen. Uitspraken zoals “opgeruimd staat netjes” zijn dan ook hoogst ongepast, bij uitstek in deze context. Kazerne Dossin heeft een stevig track record inzake de bewaking van de mensenrechten en de herdenking van de Holocaust. Laat ons de sereniteit behouden.”
Vandaag ging het in De Ochtend op Radio 1 over Kazerne Dossin, een museum, memoriaal en documentatiecentrum over de Holocaust alsook de mensenrechten. Gisteravond werd bekend dat 9 van de 18 leden van haar wetenschappelijke raad ontslag nemen. Kamerlid Michaël Freilich zegt tijdens het interview: “Ik denk dat er genoeg proffen te vinden zijn in binnen- en buitenland die wel degelijk op een serieuze manier aan holocaustherinnering doen en toch wat meer respect kunnen betonen voor de joodse gemeenschap. Ik heb begrepen dat die nog geen enkel wetenschappelijk rapport hebben geschreven. Het enige wat die doen is commentaren geven in de kranten, maar eigenlijk niet meer dan één keer per jaar samenkomen. Als het enkel daarvoor is, is het beter dat ze opstappen.”
Liberaal fractieleider Willem-Frederik Schiltz is zeer verbaasd na het horen van deze uitspraken. Allereerst verdient Kazerne Dossin beter dan dit. Zij dragen de mensenrechten wereldwijd uit en dit in een brede context. Zij verdienen dan ook een uiterst sereen debat met een brede wetenschappelijke ondersteuning. Daarnaast voorkomen we beter dan te genezen. Schiltz stelt zich dan ook grote vragen bij Freilich zijn uitspraak “good riddance”. In plaats van zo’n uitspraken te doen is het nu zaak de kalmte in dit dossier terug te brengen.
Willem-Frederik Schiltz: “Het ontslag van de helft van de wetenschappelijke raad toont aan dat er iets niet goed zit bij Kazerne Dossin. Als men hierop wil ingaan, moet dit zowel met respect voor elkaar als met respect voor het instituut gebeuren. Concrete, positieve oplossingen aandragen doet Freilich ook niet. Hij speelt op de man, niet op de bal; een spijtige zaak. Ik geef mijn collega-parlementslid de tip mee zijn ongenoegen in de toekomst anders te uiten. Niet zoals nu gebeurd is. Het verbinden van de Holocaust-herdenking met het bredere debat over mensenrechten versterkt beiden. Die band mogen we zeker vandaag niet verbreken. Hoog tijd dus om in alle sereniteit naar oplossingen te zoeken.”