30 nov Oproep voor participatie positivisme

Steeds meer lokale besturen zien in participatie-instrumenten, zoals burgerbegrotingen, een mogelijke remedie tegen de toenemende vervreemding tussen burgers en overheid. Dat vind ik als initiatiefnemer van de Antwerpse Burgerbegroting een goede zaak.
De heer Lemaire hekelt in zijn column ‘Kijk mijn eens loslaten!’ de bestuurders en ambtenaren van onder de vermeende kaasstolp die het participatie glas halfvol zien, zet ze weg als overenthousiaste jargon-jagers en hanteert daarbij het scalpel van intellectuele verhevenheid om deze kwalijke kanker uit het participatie-weefsel te snijden.
Dat hij in zijn ontmaskeringsdrift de Burgerbegroting van Antwerpen illustratief denkt te moeten fileren is een vergissing. De reden waarom ik de handschoen opneem is niet omdat u waarschuwt voor jargon-fetisjisme, overigens terecht, maar wel omdat u de integriteit en de degelijkheid van de Antwerpse Burgerbegroting afwijst met tenenkrullende aannames.
De ergste is wel deze van zogenaamd vereiste kwantiteit., één die participatiesceptici steevast hanteren. Participatie gaat niet over legitimiteit door aantallen, zeker niet bij de opstart. Door het project af te kraken op grond van zijn relatief beperkte deelnemersaantallen of het ontbreken aan bevolkingsbrede tevredenheidsenquetes doet u mij twijfelen of u het alpha en omega van participatietechnieken wel onder de knie heeft.
Is een participatietraject enkel legitiem als het een bepaalde kwantitatieve deelname oplevert? Is het niet begrijpelijk dat een stadsdeel van 200.000 inwoners met –tig nationaliteiten niet meteen ‘en masse’ stormloopt voor zo’n experiment? Wanneer het door u geciteerde wantrouwen in lokale besturen hoogtij viert, is het dan niet logisch dat inwoners argwanend zijn over initiatieven van diezelfde lokale overheid? Is het niet logisch dat mensen de afgelopen jaren nog verder geduwd zijn door talloze vormen van sussende schijnparticipatie? En is elk initiatief dat niet meteen knallende deelnamecijfers voorlegt daarom een flop? Het is een enorme taak om het vertrouwen van de burger terug te winnen. Niet met buzzwords, wel met nieuwe democratische besluitvorming.
Als u de Burgerbegroting echt bekeken had, dan zou u weten dat het objectief niet kwantiteit maar kwaliteit is. Als uitgangspunt werd gekozen voor een deliberatief proces waarbij deelnemers hun strikte eigenbelang overstijgen om budgetten aan zelfgekozen beleidsthema’s toe te wijzen. Volgens mij gaat particpatie over meebeslissen, transparantie, deliberatie, beslissingsmacht, co-creatie m.a.w. om burgers een stukje échte en directe macht terug te geven.
Het succes van de Antwerpse burgerbegroting was de blanke boze oma die bij aanvang haar handtas angstvallig op schoot vasthield wanneer een jonge Marrokaan naast haar kwam zitten en die twee uur later schouder aan schouder voor elkaars thema’s vochten. En telkens wanneer enkele mensen ontdekken dat ze samen een beslissing kunnen nemen over publieke ruimte en publieke middelen, ongeacht hun verschillen, én wanneer de overheid die beslissing respecteert, telkens wanneer dàt gebeurt, dan is een participatietraject voor mij geslaagd. En om dat te bewerkstelligen en meer mensen te aan tafel te krijgen, hebben we geen nood aan schampere opmerkingen maar aan hard en nederig werk nodig. Werk dat ik niet alleen doe maar ook vurig wil verdedigen en uitdragen. Omdat ik er in geloof.
Deze opiniebijdrage werd ook gepubliceerd op de website van Binnenlands Bestuur.